Een leuk prentenboek over een jongen en zijn beer.

Je ziet echt dat die twee al sinds het begin bij elkaar zijn, en dat vond ik toch heel leuk om te zien. Ik was even bang dat we misschien meteen naar het Beer-is-te-groot-moet-ergens-anders-wonen stuk gaan, maar we hebben eerst een lieve introductie.
Vervolgens begint het, want ja, kleine schattige beertjes worden nu eenmaal groot, veel groter dan mensen, en dan heb je toch een probleem. Gelukkig is onze hoofdpersoon slim en geeft hij heel veel om zijn vriend de beer.

Door het hele boek heen gaan ze naar plekken waar je normaal ook een beer zou kunnen verwachten, en ik moest wel lachen om de reacties van de beer. Natuurlijk vond ik hem ook een beetje klagerig (want zijn vriend doet zo’n zijn best), en het werd een beetje herhalend, maar gelukkig is het einde dan wel weer heel leuk. En ook heel schattig.

De illustraties zijn leuk, best simpel, maar de achtergronden zijn dan vaak wel weer mooi.

Zou ik dit boek aanraden? Ja, het is een beetje herhalend, maar verder is het een heel lief en mooi verhaal van een jongen en zijn beste vriend, de beer.